Verschillende EU-landen zijn naar schatting één miljard euro aan belastinginkomsten misgelopen als gevolg van belastingontwijking door IKEA via Nederland, België, Luxemburg en Liechtenstein. Daarop wijst onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Groenen in het Europees Parlement. GroenLinks wil opheldering van de Nederlandse staatssecretaris Eric Wiebes over de schadelijke rol van Nederland hierin.
“Nederland kan niet langer zijn verantwoordelijkheid ontlopen”, constateert Tweede Kamerlid Rik Grashoff. “Dit rapport laat duidelijk zien dat Europese wetgeving alleen onvoldoende is om belastingontwijking via Nederland te kunnen stoppen. Nederland moet echt zelf aan de bak. Het mag niet zo zijn dat andere landen hun eerlijke deel aan belasting niet kunnen innen, omdat Nederland dubieuze belastingvoordelen uitdeelt aan multinationals.”
Belastingvrij door Nederland
Het onderzoek laat zien hoe IKEA miljarden aan royalty's belastingvrij door Nederland kan laten stromen. Het bedrijf is opgesplitst in verschillende delen: IKEA-groep en de inter-IKEA-groep. De eigenaar van de IKEA-groep is de stichting INGKA is die in Nederland geregistreerd staat en zich voordoet als liefdadigheidsinstelling. Hoewel de verschillende onderdelen formeel gescheiden organisaties zijn, blijkt dat de familie van IKEA-oprichter Kamprad en hun naasten invloed uitoefenen op deze onderdelen. Ook gebruikt IKEA gaten in de belastingwetten van Luxemburg en Liechtenstein.
Europarlementariër Bas Eickhout: "Wat IKEA doet deugt niet, maar het echte probleem ligt bij de wetten van Nederland en andere EU-landen die dit mogelijk maken. Hun regeringen blijven het opnemen voor multinationals ten koste van werknemers en kleine bedrijven die wel gewoon het volle belastingtarief betalen."
Eickhout roept samen met zijn collega's eurocommissaris Magrehthe Vestager in een brief op om de IKEA-zaak te onderzoeken. Eerder concludeerde Vestager dat Nederland illegale belastingvoordelen aan Starbucks gaf. “Als ik een meubelmaker was die wél gewoon belasting betaalt, zou ik een klacht indienen bij de Europese Commissie.”