Vandaag spreekt Jean Claude Juncker zijn laatste Staat van de Unie uit in het Europees Parlement. Bij zijn aantreden als voorzitter van de Europese Commissie noemde hij zijn mandaat de “laatste kans” om de EU dichter bij de burger te brengen. Dat doel is natuurlijk vaag en de Europese Commissie zal ook nog bestaan als Juncker volgend jaar plaatsmaakt. Maar zijn woorden klonken destijds alsof de Europese Commissie nu een keer écht werk zou maken om het vertrouwen van meer Europeanen in het Europese project te winnen. Is hij daarin geslaagd?

Niet echt, is mijn antwoord, als ik de balans op maak van het werk van deze Europese Commissie sinds 2014. Om te beginnen met een disclaimer: voor de polarisering in Europa die volgde op de asiel- en migratiecrisis in 2015 en de verschillende grote terroristische aanslagen kunnen we de Europese Commissie moeilijk verantwoordelijk houden. Dat de EU heeft gefaald om een humaan en functionerend asielbeleid op te tuigen en dat grensoverschrijdende samenwerking tussen politiediensten faalde, is in hoofdzaak te wijten aan de nationale regeringen.

Maar een verkeerde diagnose van het diepe chagrijn dat over de EU bestaat is wel op het conto van Juncker te schrijven. Deze Europese Commissie trapte af met een agenda voor “betere regelgeving” om de onvrede over overbodige Brusselse regels en bureaucratie weg te nemen. Commissaris Timmermans ging met de stofkam door bestaande wetsvoorstellen en beperkte het aantal initiatieven. “Betere regelgeving” betekende in de praktijk vooral hogere drempels om effectieve maatregelen te nemen om werknemers, consumenten en het milieu te beschermen. Deze oefening sloeg de plank mis en verergerde zelfs een veel prangender probleem dat ten grondslag ligt aan het lage vertrouwen in Europa: te vaak dient de EU de belangen van grote bedrijven in plaats van het breder algemeen belang.

Dit zagen we terug op tal van beleidsterreinen. Hoeveel de auto-industrie in de Brusselse melk te brokkelen heeft, bleek uit de trage reactie op het Dieselschandaal van de Commissie. De chemische industrie kreeg bij de Commissie gehoor om bescherming van consumenten tegen hormoonverstorende stoffen jaren te vertragen. Ook trad de Commissie veel te slap op tegen het landbouwgif glyfosaat.

Hoewel de financiële crisis nog maar net achter ons lag, waren het de grote banken die hun lobbywensen terugzagen in de Commissie-voorstellen voor slappe en complexe kapitaaleisen. De Commissaris voor handel ging stug door met het doordrukken van handelsakkoorden op maat gesneden voor exporterende bedrijven, zelfs na massaal maatschappelijk protest tegen de aantasting van democratie en consumentenstandaarden in TTIP. Eurocommissaris Canete leverde namens de EU een belangrijke bijdrage aan het historische Parijs-akkoord. Maar de Commissie heeft grotendeels laten afweten om dit akkoord te vertalen in ambitieuze klimaatwetgeving voor alle sectoren.

Eurocommissarissen Vestager en Moscovici kwamen wél op voor het algemeen belang en tegen het zere been van machtige multinationals toen de Commissie 13 miljard euro belasting terugeiste van Apple en een voorstel op tafel legde voor een belasting van tech-giganten. Het laatste jaar lijkt de Commissie-Juncker iets in deze richting bijgedraaid. De nieuwe voorstellen om de productie van plastic terug te dringen en een aanscherping van de energiebeparingsdoelen zijn een welkome breuk met het dereguleringsmantra. Ook de plannen om klokkenluiders beter te beschermen zijn een goede kans om publieke belangen te versterken tegenover private belangen.

Deze draai kwam laat en slechts gedeeltelijk. De voorstellen voor het toekomstig landbouwbeleid bevatten amper vergroeningsmaatregelen. Nieuwe CO2-normen voor auto’s zijn nog steeds ingefluisterd door de Duitse autoindustrie. Duurzaamheid blijft een ondergeschoven kindje in het handelsbeleid van Commissaris Malmstrom.

Het team van Juncker heeft nog een jaar om Europeanen tastbare bewijzen te geven dat de Europese Commissie geen doorgeefluik is van de gevestigde economische belangen, maar een krachtige beschermer van mens en milieu, daar waar de markt zo vaak faalt.